maandag 11 juli 2016

Dominica: het tweede deel van het blog van Femke

“Wordt vervolgd”, schreef ik eind januari. Het is nu al een flinke tijd later, maar het moment is eindelijk hier. Ik ga mijn blog schrijven! De vertraging van deze blog heeft te maken met het feit dat mijn leven hier in Nederland heel anders is dan op de boot. Ik ben weer druk met de studie, werk en vrienden. Tevens zit ik op veilige afstand van mijn vader; hij kan me niet dagelijks lastigvallen met het feit dat ik beloofd had dit te schrijven. Toch ben ik hem dit écht verschuldigd, want hij heeft zowaar de lay-out van de blog aangepast! Zelf vindt hij het afzichtelijk, maar ik vind het een grote verbetering na dat oranje. De zeilbootjes op de achtergrond zijn helemaal in thema.
Dominica staat bekend als “the nature island”. Dit is natuurlijk niet voor niets: het eiland telt wel negen vulkanen en 365 rivieren, vele watervallen en een prachtig regenwoud.


Wij lagen met de boot voor anker voor een guesthouse, waar we elke dag een “Kubuli”, het lokale biertje, dronken. Enige besteding in het guesthouse was verplicht om er te mogen liggen, maar hier hadden wij uiteraard geen enkele moeite mee. We lagen vlakbij de hoofdstad van het eiland, Roseau, waar we bijna dagelijks in zo’n 20 minuten naartoe liepen. 

Onderweg werden we hartelijk begroet door iedereen, vooral mijn moeder en ik kregen veel aandacht. Dit merkten we in het bijzonder toen we papa een keer op de boot achterlieten om er met z’n tweeën op uit te gaan. Het stadje Roseau is vrij klein, maar het was leuk om er zo af en toe door te wandelen. Toen we op een middag op het balkon van een lokaal restaurantje zaten te eten, vormden vooral de cruiseship toeristen een bron van vermaak. Wij hadden een perfect uitzicht op alles wat langs kwam waggelen en schuifelen. Het merendeel had een enorm dikke toges, zoals mijn moeder dat zou zeggen.

Wij nuttigden in dat restaurantje overigens de standaard, en ongeveer enige, maaltijd die op het eiland verkrijgbaar is. Bij binnenkomst in een restaurant, ongeacht de tijd (zeg, elf uur ’s ochtends, vier uur ’s middags of ergens in de avond), werd ons altijd dezelfde vraag gesteld: ‘chicken or fish’? Een menukaart hadden ze nooit, er waren immers maar twee opties. Wij kozen altijd voor de kip, welke dan werd geserveerd met rijst en wat lokale groenten. Er was vaak banaan (wat geen groente is, maar het smaakte er prima bij), iets wat op banaan leek, maar veel flauwer en meliger smaakte, en wat andere groenten die we in Nederland niet kennen.

Ook was het lastig om bij het koken aan boord creatief te blijven, gezien ook de groentekraampjes langs de kant van de weg veelal hetzelfde aanboden. Vaak kwamen we thuis met wat uien, tomaten en een véél te dure kleine groene paprika uit de supermarkt.

(soms is er varkensvlees in de supermarkt)






Dit mocht de pret uiteraard niet drukken, en het eiland blijft mij bij als mijn favoriet van de drie die ik heb bezocht. Een hoogtepunt was het bezoek aan de sari sari falls. “If you climb up to sari sari falls, you will feel sorry sorry”, zei onze gids.
De tocht was inderdaad zwaar: we klommen over grote stenen en stonden tot aan onze middel in het water om de rivier over te steken. De tocht was zwaarder dan in voorgaande jaren vanwege de tropische storm ‘Erika’, die het eiland in augustus 2015 teisterde. Voor ons betekende deze storm enkel een ietwat zware work-out, maar voor de lokale bevolking zijn de gevolgen veel extremer. Veel is verwoest, zo zagen wij regelmatig landslides als we over het eiland reden. Verder merkten we dat een aantal toeristische organisaties hun aanbod moest inperken vanwege de gevolgen van de storm. De zware work-out was het wel helemaal waard. De waterval was waanzinnig. Met een enorme kracht stortte het water naar beneden: mam en ik konden er niet eens recht onder staan, zo hard stroomde het water.




Ook hebben we een bezoek gebracht aan the Emerald Pool, waar mijn moeder en ik een duik in hebben genomen. (hierboven het begin van de trail en hiernaast de Emerald Pool)

Daarna liepen we door naar de Trafalgar Falls, bestaande uit twee watervallen: ‘father’ en ‘mother’. We kwamen bij een uitzichtpunt, waar vandaan we beide watervallen konden zien, waarna het pad stopte. Over de stenen klommen papa en ik naar boven, en na enig protest volgde mijn moeder ook. We hebben in verschillende baden bij de watervallen gezwommen, en even onder de ‘mother’ waterval gezeten. (op de foto Femke en Heinze onder de 'mother' waterval)


Daarnaast zijn we naar het zuiden van het eiland gelopen, waar mijn moeder en ik bij champagne reef zijn wezen snorkelen, waar kleine luchtbubbeltjes uit de bodem komen. Op het strand bij deze snorkelspot ontmoetten we een Noors jong stel, dat ons een lift gaf naar een strand waar je in van nature warme baden met een rum punch in de hand van de zon kon genieten.
Helaas werd het tijd voor mij om huiswaarts te keren. Hoe ik precies terug zou komen, was nog de vraag. Mijn terugvlucht vertrok vanaf Saint Lucia, maar daar per ferry of vliegtuig naartoe gaan kwam niet uit met de tijden. Daarom werd besloten om ‘eventjes’ om te varen. Op deze vaartocht zagen we de zeldzame beaked whale en dolfijnen. In de avond en nacht zag ik voor het eerst oplichtende algen. Weer aangekomen in Saint Lucia zetten mijn ouders mij af op het vliegveld, waarna ik huiswaarts keerde en zij hun reis vervolgden.