zaterdag 22 april 2017

De Pacific (grote/stille oceaan) overtocht van 4,000 mijl, 36 dagen

Het is gelukt, we zijn op 30 maart 2017 om 23:45 uur aangekomen op de Markiezen, het eiland Hiva-Oa (139.02W 9.48Z), we waren op 23 februari om 08:15 uur vanuit de Perlas eilanden van Panama (8.16N 78.55W) vertrokken. Het was 3985 mijl en ruim 5 weken op zee (36 dagen), ongeveer een week langer onderweg dan gepland.

De tocht kenmerkte zich door “op zoek naar wind” en tegenvallende stroming, de tochtplanning die ik had gemaakt kon overboord omdat er weinig wind was en de doldrums extreem groot. De eerste 2.000 mijl hadden we vrijwel geen wind en de breedte van de doldrums was maar liefst 800 mijl waar die normaal maximaal 300 mijl is, bovendien ontbrak de meestroom. We hebben 110 uur op de motor gevaren, met name de eerste helft van de tocht op zoek naar de windvelden die de gribfiles ons lieten zien. De zuidoost passaat bevind zicht normaliter al op 3 tot 4 graden zuidelijk van de evenaar, dit jaar was dat op 12 tot 14 graden zuid van de evenaar, dat is ruim 500 mijl te zuidelijk dus erg weinig wind. Bovendien was de noordoost passaat boven de evenaar afwezig.

De eerste 2.000 mijl (eerste helft) kostte ons 21 dagen, de tweede helft 15 dagen.

Goed, de eerste dagen vrijwel helemaal geen wind, een spiegelgladde oceaan, het voordeel was dat je heel goed in het water kon kijken en de tweede dag zagen we heel helder een hamerhaai bij de boot zwemmen, een mooi gezicht met die excentrieke kop. De paar nachten daarna hadden we vaak een fel neongroene oplichtende zee als ons schip  het water verstoorde, ook kon je in de nacht grote vissen (dolfijnen/walvissen) herkennen door een fel groene vlek in de oceaan.



Het meest vervelend was de continue schommelende boot vanwege de swell, met geen of weinig wind klappert alles en een aantal keren hebben we de zeilen maar opgeborgen. Dat betekent wel dat je bijvoorbeeld een etmaal lang teruggestroomd wordt, enigszins frustrerend. Koken was door het forse schommelen een lastige klus. In de nachten soms heftige squalls die je dan niet ziet aankomen, daarom hebben we vaak in de nacht met gereefde  zeilen gevaren ook al was er weinig wind.

IK KAN NU GOED BROOD BAKKEN
Wat doe je zoal in die 5 weken op de oceaan: je kijkt naar het water en het zeeleven, je geniet van de mooie sterrenhemel, je leest erg veel, je bent bezig met het zoeken naar wind, je bakt je brood en je geniet extra van het avondeten, je doucht aan dek als er een squall is met veel regen. Om vijf uur ’s middags uitkijken naar de dolfijnen omdat die meestal rond die tijd zich laten zien en uit het water springen.






De zonsondergangen zijn geweldig, de kleur van de lucht is soms fel babyblauw, de wolken zijn spierwit en bij de zonsondergang krijg je erg felle roze  en oranje kleuren. Die kleuren hadden we nog nooit gezien.

Er zijn grotere vogels die met je mee willen liften op het zonnepaneel, het is een gevecht om ze dat te belemmeren, die beesten schijten alles onder, een verbazingwekkende hoeveelheid witte stront, in de nacht heb je er zo een aantal als je even weggedoezeld bent.








De dagen glijden ongemerkt voorbij, je besef van tijd verdwijnt, achteraf voelen die 5 weken als 2 weken.

De enige die hard werkt is de koelkast omdat het water38 graden is.


Wachtlopen: ik van 23:00 tot 02:00 en van 05:00 tot 08:00. Anneke van 20:00 tot 23:00 en van 02:00 tot 05:00. Je vraagt je af waarom, niet voor scheepsverkeer, je ziet niemand maar wel voor de wind en weersveranderingen





In de eerste week zagen we veel haaien zwemmen, we konden die zien omdat het water zo rustig was. Ook veel dolfijnen en wat walvissen, in de nacht hoorde je soms een walvis naast je schip ademen. Er zijn fantastische taferelen zoals een groep van wel 100 dolfijnen die op jacht zijn en telkens boven water springen, soms met een salto. Je ziet enorm grote vissen uit het water opspringen en je ziet soms een grote zeeschildpad midden in de oceaan zwemmen.

Uiteraard hebben we op 8 maart stilgestaan bij het ’s nachts passeren van de evenaar op 97,5 graden west met nog 2.517 mijl te gaan.
   




Neptunes kwam overdag aan boord en we hebben mini doosjes hagelslag en een restant honing geofferd (ja, in de oceaan gegooid).











 Een paar dagen nadat Neptunes aan boord was ontdekten we een verstekeling: een kleine salamander.












Het was een lange tocht, heel veel water en lucht, een bijzondere en bevredigende ervaring die ik niet had willen missen.
Nu gaan we de Markiezen in Frans Polynesiƫ verkennen.
DE OCEAAN ZOALS WE DIE VAAK ZAGEN MET MATIGE WIND

De publicatie van het blog is laat omdat we geen internet tot onze beschikking hadden.

Perlas eilanden Panama



Na het provianderen in Panama City zijn we naar de Perlas eilanden gevaren, een groep eilanden ongeveer 40 tot 70 mijl in zee.

Die eilanden zijn bijzonder mooi met regenwouden, zeer gevarieerde vegetatie, mooie zandstranden, rotsformaties en koraalvelden met bijbehorend zeeleven. De hele dag kun je de papagaaien en andere vogels horen, de natuur is overweldigend.





BULTRUG



Wat wij voor bijzonders zagen: vele hoog uit het water springende roggen, papagaaien, leguaan die hele waterweg overzwemt om bij een ander eiland te komen, een groep van 21 kleinen roggen die als school vlak onder de oppervlakte zwommen,
vissers die een net rond ons schip trokken omdat daar een enorme school sardines zat (werden wij niet zo blij van), vele duizenden Porcupines (speciale vissen die zich kunnen opblazen die je normaliter in kleine aantallen ziet),
 veel White Spotted Eagle Rays (grotere roggen soort), zeer donkere  grote dolfijnen met witte vlekjes/stippen op de huid, stenen die azuurblauwe kleuren hebben, enorm grote schildpad en niet in de laatste plaats twee bultruggen (grote walvissen) die 20 minuten lang een show in de buurt van ons schip gaven.
Nu staan we aan de start van de grote oversteek met matige vooruitzichten wat de wind betreft, in ieder geval de eerste 1.000 mijl (wellicht 2.000 mijl) zwakke wind die soms ook op de neus staat. We zullen zien hoe lang de tocht van 4.000 mijl gaat duren, we blijven hopen op 30 dagen.
Voor de technici onder ons mijn route overwegingen: vanuit de baai van Panama is er een zuidelijke stroming, als je teveel naar de oost gaat heb je last van de Humbolt stroom die langs de westkust van Zuid Amerika naar het noorden stroomt DUS een koers van 210 graden gedurende 400 mijl. Er is een stroom rond de evenaar die naar het westen stroomt die boven de evenaar sterker is dan eronder, als je te noordelijk gaat (circa boven de 5 graden) kom je in de countercurrent die naar het oosten stroomt. De noordoost passaat van de North Pacific is sterker dan de zuidoost passaat op de South Pacific, echter die NO passaat kan op 4 graden noorderbreedte al overgaan in ITCZ (doldrums). Al met al veel variabelen, het grote plan is ten Noorden van de Galapagos te koersen en dan meer westelijk te gaan op circa 3 graden noorderbreedte tenzij ik daar doldrums tegenkom, dan blijf ik op 4 graden varen hopende de counter current te ontlopen en bij 115 graad westerlengte de evenaar te passeren waar de doldrums niet zo breed zijn. Als ik de countercurrent niet kan ontlopen zal ik de doldrums in een vroeg stadium gedurende lange tijd moeten doorkruisen met uiteraard veel tijdverlies.