donderdag 27 oktober 2022

Onze eerste tijd in Australië

Onze eerste tijd in Australië
Oktober 2022

Aankomst in Australie
Op 3 augustus komen wij aan in de jachthaven van Mackay. We zijn nog vroeg en het marinapersoneel is nog niet aanwezig. Zij houden kantoortijden aan. We leggen dus maar aan aan een steiger aan de buitenkant van de marina. We hebben netjes de gele quarantainevlag gehesen en blijven aan boord. We moeten hier immers inklaren en de Australische autoriteiten staan bekend als streng. Geen risico maar nemen, dus. We krijgen contact met de marina en krijgen aanwijzingen waar we heen moeten varen. Aan die steiger ligt ook een zeilboot uit Nieuw Caledonië. We hebben ze aan het begin van onze overtocht regelmatig gezien op de AIS (automatic identification system; systeem waarop je schepen in je nabijheid kunt zien op je apparatuur, met naam, koers en snelheid en of je elkaar kruist, mits ze een AIS hebben die uitzendt). Ze herkennen ons ook. Ze hebben matrassen en dergelijke buiten liggen.
Op weg naar de marina, vogels zijn niet schuw

Ook zij hadden een pittige overtocht en kennelijk water binnen gekregen. Al snel komen officials naar ons toe, die wat formulieren geven om alvast in te vullen. En ze beloven snel terug te komen om ons in te klaren. Ook dat gaat snel. Super vriendelijke, geïnteresseerde mensen, die vlot door alle officiële handelingen heengaan. Het blijkt dat ze ons én de Franse buurman al een tijd hadden gevolgd op hun apparatuur. Zeiden dat we steeds dichtbij elkaar hebben gezeten. Nu was alleen nog het wachten op biosecurity. Berucht van Australië, denk maar aan de tv-programma’s hierover in Nederland. We hadden goed gekeken wat wel en niet ingevoerd mag worden, maar hadden toch ook nog de nodige vraagtekens. Dus alles waar we aan twijfelden maar klaargezet in een aparte krat en de vuilnis vast dichtgebonden. Er komt een hele dikke man in oranje veiligheidskleding naar beneden gewaggeld. Hij gaat eerst naar de buren, want die waren er eerst. Hij moet aan boord stappen, maar dat lukt hem bijna niet. Aan boord staat iemand aan hem te trekken en op de steiger geeft iemand hem een zetje. Uiteindelijk is hij dan toch aan boord. En zegt dan dat hij last van zijn knie heeft en dat het daarom zo lastig was. Nou…… Een poosje later komt hij bij ons. Alles in de krat mochten we houden. De vuilnis gaat in nóg een afvalzak en hij gaat met een zaklampje in allerlei kastjes en luiken kijken. Vervolgens een enorme hoeveelheid papierwerk. Maar ook hij is super vriendelijk. “We are not here to mock around" zegt hij. Oftewel: we doen wat nodig is, maar maken het niet onnodig lastig. Helaas hangt er wel een behoorlijk prijskaartje aan de hele inklaringsprocedure. Maar goed, niks aan te doen.



De Marina en Mackay
De marina van Mackay lijkt haar beste tijd gehad te hebben. Er zit wel wat horeca en er zijn appartementen. Maar de supermarkt, die nog op de plattegrond aangegeven staat, is er al jaren niet meer. Het geheel maakt geen florerende indruk.
Sugarcane - suikerriet, wordt veel verbouwd

We moeten met de bus naar de stad om te provianderen, een half uurtje met de bus. Je mag immers helemaal geen verse etenswaren invoeren, dus de kasten zijn leeg. Onderweg zien we een groot aantal medische centra; je kunt voor alle kwalen wel ergens terecht. We komen bij een groot winkelcentrum, met twee supermarkten, kledingzaken, een foodcourt, et cetera. Wat ons ook al op de boulevard opgevallen was, is dat heel veel mannen grote baarden hebben met een enorm dikke buik. Australische kerstmannen, zeg maar. De dames zien er in onze ogen ook weinig charmant uit.
Mackay heeft een paar mooie gebouwen uit het verleden, verder is het een niet aangenaam om te zijn.

Onze grap is dat de kleding hier vooral functioneel is. Met andere woorden: het bedekt (nog net) wat het bedekken moet, maar florissant is het niet. Ook veel dames hebben behoorlijk overgewicht. Maar goed, ’s lands wijs, ’s lands eer. Wij zijn blij dat we goed boodschappen kunnen doen. En op de marina douchen, een hapje eten en de was draaien. We wandelen een aantal keren over de lange pier en in de omgeving. Leuk dat je hier dieren ziet, die bij ons alleen in de dierentuin te bewonderen zijn.
De Ibis zie je overal

Zo hebben we veel plezier om een ibis, die vastbesloten is om etenswaren uit een vuilnisbak te vissen. De rand van die bak is echter glad en de vogel glijdt telkens uit. Maar haalt toch wel het een en ander uit de bak. Eromheen een hele kudde meeuwen, die zelf niks uit de bak kunnen halen (vanwege de vorm van de bak), maar wel dingen jatten die de ibis laat vallen.
Ze gaan zelfs met een aantal de ibis stressen, zodat hij het eten uit zijn bek laat vallen. Hilarisch.

De eerste eilanden

Na een ruime week verlaten we de haven om de eilanden langs de kust te gaan verkennen. Voor de kust van Mackay liggen eerst de St. Bees eilanden. Daar hangen we een nacht aan één van de gratis moorings. Het is erg rollerig en we gaan de volgende dag dan ook gelijk verder. Net weer op het open water zien we een humpback walvis met haar kalf zwemmen. We komen er dichtbij, al zorgen we er natuurlijk voor haar niet te storen. Even later nóg een moeder met kind. Ontroerend mooi.
we zien veel walvissen

We maken een mooie tocht langs verschillende eilandjes, waar we genieten van de prachtige natuur. Vaak kun je vanuit de ankerplaats walvissen zien zwemmen. Op een middag zien we iets drijven, wat op een grote boomstam o.i.d. lijkt. Na eens goed met de verrekijker gekeken te hebben, concluderen we dat het een walvis is. Maar ze ligt op haar zij. Ze ademt wel steeds. Een poos later zien we ineens een tweede spuit: duidelijk kleiner en op een andere plek langs haar lichaam. We hebben de geboorte van een humpback meegemaakt! Even later zwemmen moeder en kind rustig verder.

Airlie Beach en autorit
Er komt een periode van harde wind aan. We besluiten om naar Airlie beach te varen. Hier kun je bij de zuidoostelijke wind goed beschut liggen. De plek is het walhalla voor het toerisme. Normaal gesproken is het hier enorm druk met backpackers, maar het is nu nog vrij rustig. De grenzen zijn nog niet zo lang open. Het is een plaatsje met veel horeca, maar ook supermarkten enzovoort.

Ook is er een groot, gratis openlucht zwembad en natuurlijk strand. En in de haven kunnen we ons gas laten vullen en wassen, ook al liggen we niet in de marina. Ze hadden geen plaats voor ons, al hebben ze 520 ligplaatsen! Er liggen verschillende chartervloten en boten voor toeristische tochten. Buiten de marina liggen ook vele boten op anker. Airlie beach is de uitvalsbasis voor de Whitsundays; een zeer populaire eilandengroep voor de kust. The place to be. En dan zijn er ook nog regatta's. Eerst vanuit Airlie beach zelf en een paar weken later vanuit Hamilton Island. Zeer grote publiekstrekkers.


We huren een dag een auto, om ook wat van het land te zien. Het valt ons op dat er uitgebreide velden met suikerriet staan. Dat hadden we hier niet verwacht. We hebben natuurlijk in Fiji veel suikerrietplantages gezien en weten dat Fiji een grote producent van suiker is. Maar hier staat minstens zoveel, denken we. Grappig om te zien dat iedereen een graantje mee wil pikken van de populariteit van de Whitsundays: zelfs ruim buiten het gebied komen we de naam tegen in reclame voor de bedrijven op die plek. Vakantieparken met “Whitsundays” in de naam, die er toch wel erg ver buiten liggen. Verder valt er niet veel te beleven.

De Whitsunday eilanden
Begin september vertrekken we voor een trip naar de Whitsunday eilanden. Zo varen we naar Sawmill bay( Cid harbour) en beklimmen we de top van de berg. Pittige tocht, maar wel de moeite waard.
De trail naar de top, veel stijging

waarschuwing op het strand aan het begin van de trail


Op de top

Het is goed rusten na die zware beklimming




Dan gaan we naar de Nara inlet van Hook Island. Dit is een prachtige plek, waar ook nog grottekeningen van de oorspronkelijke bewoners van Australië te zien zijn. We maken de wandeling en de foto, maar eerlijk gezegd zijn we er niet erg van onder de indruk.
Klauteren naar de grot, weer omhoog, pffffff



Later liggen we nog een keer in de Nara inlet, maar dan dieper in de baai. En hier krijgen we bezoek van brutale kaketoes. Op een ochtend zitten er zelfs vier op de voorpunt! We bezoeken verschillende plekken in de Whitsundays.
Kaketoes op ons schip

Op sommige plaatsen is het vrij druk; dan zijn wij weer snel weg. Er zijn public moorings waar je 2 uur(!) aan mag hangen; daarna word je geacht weer te vertrekken. Geeft wel aan hoe druk het er normaal is. In de butterfly bay hangen we ook aan zo’n gratis mooring, maar blijven we er ook gedurende de nacht; evenals de meeste boten overigens. Daar snorkelen we voor het eerst weer een keer mooi. Een andere populaire plek viel ons nogal tegen: geen vergelijking met Fiji! Maar in de butterfly bay heb je redelijk mooi koraal. Maar wat vooral opviel was het aantal giant clams! Nog niet echt heel groot, maar toch behoorlijk. En in allerlei kleuren: blauw, groen, goud bruin, enzovoort, super! Die zouden in Fiji allang opgegeten zijn.


Provianderen
We gaan terug naar Airlie beach, om verse groenten en dergelijke te kopen en weer een was te doen. Het is nu al een stuk drukker dan een paar weken geleden. Ik laat ook mijn haar weer een keertje knippen; hard nodig. De kapster vertelt dat de schoolvakantie begonnen is en dat die twee weken duurt. Ai, dat betekent veel charterboten en toeristische dagtochten in de Whitsundays, ergo: herrie en drukte. Daar zijn wij geen fan van.
Australie heeft behalve gevaarlijke dieren ook gevaarlijke bomen

Wegwezen dus! We besluiten meer naar de noordelijke eilandjes van de Whitsundays te varen. Dat is een goede gok, want het is hier veel minder druk. Toch wel bijzonder dat bijna alle boten op dezelfde ankerplaatsen willen liggen.



Naar het noorden
Bij het binnenvaren van een baai zien we manta’s zwemmen. Wat zijn het toch een prachtige dieren! Later komt er een grote maanvis onder ons schip bivakkeren. De plek is vanaf nu zijn of haar eigendom. Een andere maanvis wordt nietsontziend weggejaagd. Een broodkapje is hap, slik, weg.

Zó grappig. We genieten van deze eilandjes. Wandelen over het strand en zien zelfs kleine pijlstaartroggen “stofzuigen” vlakbij het strand. De natuur is prachtig in dit gebied.

Vervolg komt in een volgend blog …......





woensdag 5 oktober 2022

Zeilreis naar Australië

 

https://dewereldwijven.com/2022/08/16/zeilreis-zeilen-wereld-reis-nieuw-caledonie-australie/

Wereldwijf Anneke zeilt met haar man in hun zeilboot – met de korte maar krachtige naam NOK -, de wereld over. Of, zoals dat met een mooi woord heet: een circumnavigation. Hun zeilreis begon al zeven jaar gelden, in juni 2015 om precies te zijn, maar zoals ze zelf zegt: “we doen het rustig aan.”

Anneke: “En, zoals zovelen, zijn wij gestrand tijdens de pandemie. We hebben langdurig in Fiji gelegen en daar uiteraard rondgevaren. Er zijn slechtere plekken om te stranden!” Maar natuurlijk willen ze ook verder met hun zeilreis.

Parijs in de Pacific?

Begin juni kunnen we eindelijk onze weg vervolgen: het cycloonseizoen in de Pacific is weer voorbij en grenzen zijn weer open gegaan. We zijn erg blij dat we eindelijk weer op weg kunnen: we varen via Noumea in Nieuw Caledonië. Deze stad wordt omschreven als het ‘Parijs van de Pacific’. 

Nou weet ik best dat Parijs ook mindere wijken kent, maar aan Parijs doet Noumea ons écht niet denken. Ja, het is Frans en je vindt er Franse (straat)namen en stokbrood et cetera. Maar verder treffen we een wat verloederde stad, met eigenlijk maar één mooi plein en een mooie kerk op een heuvel. Daarbij is het zeilen in Nieuw Caledonië nogal beperkt: je moet iedere avond terug naar het grote eiland, omdat het niet veilig is vanwege het weer om bij een eilandje te blijven liggen. Tel daar het slechte weer bij op en je snapt dat wij niet enthousiast zijn. We willen dus al snel verder met onze zeilreis!

Alles is te plannen, behalve het weer…

Op 13 juli maken we ons rondje langs de autoriteiten (onder andere de immigratiedienst) om met de boot uit te klaren. We willen zaterdag de 16e weg, maar ook hier is 14 juli een nationale feestdag en de vrijdag erna zijn enkele autoriteiten gesloten, evenals in het weekend. Gelukkig kunnen we vanwege ons vertrek in het weekend die woensdag al uitklaren. Op vrijdag zet ik op Facebook de aankondiging dat we de volgende dag zullen vertrekken. Lekker makkelijk want dan zijn vrienden en familie ook gelijk op de hoogte.

Eén van de belangrijkste zaken bij het maken van een zeilreis over de wereld is uiteraard het weer en dat volgen we dan ook nauwgezet. Wat zien we ineens in de weermodellen verschijnen? Een megastorm, die later in de week tussen Australië en Nieuw Caledonië verwacht wordt. Het is een dag of acht varen, dus dat risico neem je niet en we zetten de plannen maar on hold. Balen, maar dat hoort er nou eenmaal ook bij.

Verplicht’ rondje eiland 

We proberen ons zo goed mogelijk te vermaken, huren een auto en maken nog twee dagtrips. Leuk om het landschap te zien, maar we huiveren bij het zien van de enorme verwoesting die wordt aangericht door de nikkelmijnen. Uiteindelijk moeten we nog tot 26 juli wachten voor we kunnen vertrekken!

Op 25 juli verlaten we de (jacht)haven van Noumea. We brengen nog één nacht door aan een mooring, betonblok op de grond met daaraan een ketting en touw om je schip aan vast te leggen, maar de volgende ochtend vertrekken we na de koffie. Eindelijk!

Onvoorspelbaar strak windje

De weermodellen laten vooral de eerste dagen van onze overtocht weinig wind zien. En dat blijkt ook zo te zijn, maar we zijn blij weer op weg te zijn. De nachten zijn stikdonker. De eerste nacht zie ik nog een klein streepje maan, die op zijn rug ligt. Zo grappig vind ik dat nog steeds, die andere stand van de maan aan deze kant van de wereld. Verder geniet ik van een prachtige sterrenhemel, zonder lichtvervuiling.

De derde dag begint het langzaamaan steeds harder te waaien, maar we hebben de wind op de kont en volgens de weermodellen is er geen sprake van echt harde wind. Die weermodellen halen we minimaal twee keer per dag via onze satelietverbinding op. We maken ons dus niet veel zorgen, maar de wind wordt harder en harder. Uiteindelijk krijgen we een fikse storm met windkracht negen over ons heen!

Dweilen met de kraan open?

Dat gaat gepaard met enorme golven, die soms ook nog eens dwars op het schip landen. Kopjes, die al sinds 2018 in het rek in de kombuis staan, vliegen door de tent en vallen kapot. We zijn érg blij met ons stoere, sterke stalen schip, maar leuk is dit niet. En dan, wat in al die jaren varen tijdens onze zeilreis nog nooit gebeurd is, botst een golf met volle kracht tegen de zijkant van het schip.

Heinze, mijn man, is op dat moment buiten in de kuip. De hele kuip is in één keer volledig gevuld met zeewater en loopt ook naar binnen. Dweilen, dus! Er zit niets ander op en we moeten deze storm uitzitten… Uiteindelijk luwt het weer en de laatste dagen van onze overtocht hebben we wederom weinig wind.

Af en toe een lifter

Onderweg zien we maar heel weinig leven. Een boobie, door ons ‘Poeppie’ genaamd, vormt de uitzondering. Deze vogels liften op de oceaan graag mee op je schip, maar schijten echt alles onder. Ooit liep er gewoon een straal poep van ons zonnepaneel af: echt alles zat onder de smurrie. Bovendien doet je zonnepaneel het ook niet meer zo lekker.

We proberen ze dus altijd te verjagen. Zó grappig, want ze komen met hun ‘landingsgestel’ al uit aanzweven naar het paneel, maar draaien dan toch maar weer weg. Sommige boobies proberen in de top van de mast te gaan zitten wat geen succes is op een heftig bewegend schip.

Groots welkom!

Na zeven dagen zeilen komen we net zuidelijk onder het Great Barrier Reef aan en worden we begroet door een groep dolfijnen, die enthousiast meezwemmen voor de boeg. Prachtig! Binnen het rif moeten we nog zo’n 200 nm (ongeveer 370 km) langs de kust omhoog varen naar Mackay. We doen het heerlijk rustig aan.

Kers op de taart van dit stukje route in onze zeilreis zijn de walvissen die langskomen. Ze springen hoog uit de oceaan, klappen met de staarten, spuiten water en duiken weer onder. Ik kan nog wel even doorgaan, het is een prachtig schouwspel. Ieder jaar trekken vele duizenden humpback whales (bultruggen) langs Australië. We genieten enorm. Wát een fantastisch welkom!

Moeder met kalf (bultrug walvis)






Nieuw Caledonië

 

Nieuw Caledonië

Juni 2022

We zij aangekomen

We komen op 7 juni in de middag het rif doorvaren, wat Nieuw Caledonië omringt. Over het algemeen hebben we de afgelopen dagen weinig wind gehad, op de tweede nacht na; toen spookte het weer flink. We zagen prachtige sterrenhemels en een fluorescerende oceaan. Maar we zijn blij dat we er zijn. Officieel moeten we nu direct doorvaren naar Noumea, de hoofdstad van Nieuw Caledonië, om in te klaren. Dat is echter nog een flinke trip en het is al bijna donker. We besluiten dus om ons anker te laten vallen in een mooie baai. We proosten op onze veilige aankomst met de hiervoor meegenomen biertjes, met wat te snacken erbij. Tijdens het varen wordt bij ons aan boord geen alcohol gedronken, dus zo’n ankerbiertje smaakt dan extra goed.

Aan de schaal is te zien dat het een erg groot land is

De volgende ochtend varen we door naar Noumea en melden we ons bij de jachthaven en, via hen, bij de instanties. Nadat “biosecurity“ aan boord geweest is, en onze laatste knoflook en honing in beslag genomen heeft, mogen we onze quarantainevlag strijken en mogen we van boord. De volgende dag moeten we nog wel naar de immigratiedienst, elders in de stad, maar die zijn alleen in de ochtend open. Op de haven treffen we de Jakker, een Belgisch jacht, dat we eerder in de Marshall eilanden getroffen hebben. En onze Griekse vrienden van Filizi, die we in Fiji hebben leren kennen. Leuk om overal ter wereld bekenden tegen te komen!

De dame bij immigration is bijzonder vriendelijk en spreekt goed Engels. Ze vraagt of we niet erg moe zijn, na de lange tocht. We zeggen dat we goed geslapen hebben en dat het dus meevalt. Zij weet natuurlijk niet dat we al twéé nachten geslapen hebben.

Noumea, de hoofdstad

Wat ons enorm opvalt, is hoeveel er gerookt wordt. In restaurants is er maar een klein gedeelte waar niét gerookt mag worden en zelfs daar word je regelmatig door rook omgeven. En het “vapen" doet men ook overal, ook als er niet gerookt mag worden. Heel vervelend.

Noumea wordt beschreven als het “Parijs van de Pacific“. Goede marketing, maar niet erg natuurgetrouw. Wij vinden de stad verloederd, met nauwelijks mooie architectuur. Veel mensen die er armoedig uitzien en al dan niet dakloos zijn. De meerderheid van deze mensen heeft een donkere huidskleur en is waarschijnlijk van Kanaaken afkomst; de oorspronkelijke bewoners van Nieuw Caledonië. Er zijn een paar winkelstraten met wat luxere winkels, maar dat is het dan ook wel. Wij zijn totaal niet onder de indruk. De boulangerie heeft wel een indrukwekkende hoeveelheid patisserie, daaraan merk je toch wel dat het Frans gebied is.



Cultuur snuiven

Samen met onze vrienden van Filizi gaan we naar hetXxx museum buiten de stad. Het heeft voornamelijk hedendaagse kunst, door Kanaaken gemaakt, geïnspireerd op de vroegere kunst. Helaas is het museum in Noumea met oorspronkelijke stukken gesloten vanwege een verbouwing. Jammer, want dat zouden we interessanter gevonden hebben. Wel leuk dat er een replica van een oorspronkelijk Kanaakendorp is op het terrein.

Grappig, een koe van blikjes Corned Beef



Boodschappen doen, prijzig

Na ons museumbezoek gaan we naar een grote supermarkt, zoals we die kennen vanuit Frankrijk. Dát is toch wel weer eens fijn. Alles is hier duur, maar vooral de prijzen voor groenten en fruit zijn torenhoog en het aanbod is beperkt. We hadden al gehoord dat een kilo tomaten tot wel € 15,00 kosten!

Vlakbij de jachthaven is een groenten- en fruitmarkt. Het aanbod is daar iets breder en de prijzen voor veel zaken iets minder extreem. Al laat ik de verse sperziebonen van € 10,00 per zakje toch maar liggen. Dan maar uit blik. Wat ik nog nergens eerder ter wereld gezien heb, is dat in de supermarkt bij groenten en fruit drie prijzen vermeld worden: verkoopprijs van de producent, verkoopprijs aan de winkel en vervolgens de verkoopprijs voor jou als consument, heel bijzonder.




Weg uit de haven, het eerste eilandje

Het weer valt tegen, hier in Nieuw Caledonië. We vinden het maar koud en het regent ook regelmatig. Na een week in de haven gelegen te hebben, gaan we de baaien en eilandjes verkennen. Door de vaak harde wind uit de verkeerde richting, moeten we regelmatig schuilen in een beschutte baai. Als het weer eindelijk een keer mooi en rustig is, varen we naar één van de highlights van Nieuw Caledonië: Ile Amadee. We hebben vaak gehoord dat óveral gratis moorings zouden liggen en hier zien we ze dan voor het eerst. Op het eilandje staat een vuurtoren en de beklimming daarvan staat overal vermeld als de nummer 1: dat móet je gezien hebben. Nou, het is een betrekkelijk klein eilandje, met een in onze ogen niet bijzondere vuurtoren, die bovendien gesloten is. Normaal gesproken is er ook de nodige horeca-activiteit op het eiland, maar alles is (nog) dicht. De bootladingen toeristen, die hier normaliter dagelijks gedropt worden, zijn er nog niet. Nieuw Caledonië haar grenzen zijn nog niet zo lang open. Je zou dan ook moeten betalen om het strand op te mogen, maar er is nu niemand. Terug bij NOK hijsen we ons bijbootje op.

Een internet plaatje van Ile Amadee zodat jullie een gevoel krijgen van de riffen rondom de eilandjes voor de kust. Dit eiland ligt 20km uit de kust.

Ile Amadee vanaf ons schip gezien

Lastig te zien, direct 5 rifhaaien bij ons schip


Zolang als we hier liggen, zien we al de veelvoorkomende kleine zwartwitte giftige waterslangetjes, die dolgraag aan boord willen komen. Dat lukt ze gelukkig steeds niet. Echter, één van die beestjes ziet kans om nog net in het bijbootje te komen. En glijdt direct onder de dubbele vloer. Hoe krijg je díe er nou weer uit!? Het bijbootje laten we langszij hangen. We gooien emmers zeewater erdoorheen. Helpt niks. Maar gelukkig krijgt het slangetje er genoeg van en komt hij tevoorschijn. En glijdt naar de rand van het bootje. Het lukt ons om hem een zetje mee te geven en hij belandt weer in het water. Ook weer opgelost.




Later op de dag begint de wind aan te trekken en te draaien naar de “normale“ zuidoost passaat. Beng! Een schok gaat door NOK. En nog geen minuut later nog een keer. Wat blijkt: we knallen bovenop een bommie (koraalbergje onder water). Wij gingen ervan uit dat het veilig zou zijn om aan zo’n mooring te liggen, maar dat blijkt dus totaal niet het geval. We vertrekken met grote spoed om nog net voor het donker weer in een baai van het vasteland te kunnen ankeren. Het is hier rond 18.00 uur al donker. Nee, in de baai zijn geen moorings. Die blijken alleen te liggen in zogenaamde natuurreservaten, waar commerciële activiteiten zijn en je met yetski’s over het koraal kunt racen. We horen later dat men de moorings alleen overdag gebruikt en voor de nacht teruggaat naar het vasteland, tenzij het heel rustig en stabiel weer is. Hadden ze ons niet verteld…

Nog wat eilandjes verkennen

We gaan later nog een paar eilandjes verkennen, omdat het snorkelen er zo fantastisch zou zijn. We trekken wel onze shorties aan, veel te koud, anders. Bij Ile Signal zien we inderdaad veel grote vissen. Het koraal kan niet tippen aan dat van Fiji. Maar het is hier wél mooi. En de schildpadden en ook dolfijnen die we af en toe zien in baaien vinden we ook geweldig.

We hangen nog steeds onze pannen buitenboord als "voorwas" tot genoegen van vissen

We liggen in Maa, een mooie, beschutte baai. We hebben op satellietfoto’s gezien dat we er in de buurt een dorpje ligt. We gaan naar de kant en proberen de weg er naartoe te vinden. We spreken een man aan, die in een tuin aan het werk is. Hij vertelt ons dat de dichtstbijzijnde winkel zo'n 25 km verderop is. Hij biedt ons aan om met ons naar het stadje te gaan, écht heel aardig. Onderweg zien we dat, wat we op de satellietfoto’s gezien hebben, allemaal “compounds" zijn, waar de Fransen wonen. Compleet met afgesloten hekken en bewaking. Veel Kanaaken wonen in traditionele “tribu's". Voor zover wij begrepen hebben, een soort gemeenschappen van “extended family “. In de buitenwijken van Noumea hebben we ook de nodige krotten gezien. Hier en daar zie je ook spandoeken met protesten tegen de “Franse onderdrukking “.

Van internet gehaald, wij wilden ze niet fotograferen
Uitklaren

We besluiten op woensdag 13 juli uit te checken, om op zaterdag 16 juli te kunnen vertrekken naar Australië. 14 Juli is het, net als in Frankrijk, een nationale feestdag. 15 Juli zijn enkele autoriteiten gesloten, evenals in het weekend. Je mag dus nu al op woensdag uitchecken. Zo lopen we door de stromende regen naar de portcaptain, een flink stuk buiten de stad. Vrijdag 15 juli zien we een verontrustend beeld verschijnen in de weermodellen: een enorm systeem met slecht weer ontwikkelt zich tussen Nieuw Caledonië en Australië, later in de week. Het is een enorm systeem, ter grootte van de hele oceaan tussenin beide landen. Dat ga je niet riskeren; we blijven dus liggen. Vanaf zondag 17 juli 12.00 uur zijn we illegaal in Nieuw Caledonië. We gaan niet weer de hele tocht langs de officials doen.

Auto huren en rondrijden

We besluiten voor een paar dagen een auto te huren. Hoewel vrijwel alles hier erg duur is, valt de prijs hiervan mee. We maken twee keer een dagtocht naar de andere kant van het vasteland (eigenlijk: grote eiland) en naar de punt. Leuk om gezien te hebben, best heel mooi en aardig tijdverdrijf. Wel zien we dat er, buiten Noumea, eigenlijk weinig tot niets te doen is qua toerisme of bedrijvigheid. Aan de noordkant van het eiland zie je wat meer Kanaakse invloeden; veelvuldig zien we de Kanaakse vlag en wegwijzers naar tribu's. Bijzonder dat in het hele land de wegwijzers tweetalig zijn: bovenaan de Franse benaming en daaronder de naam in het Kanaaks. Op de punt van het eiland zijn grote nikkelmijnen. Wát een verwoesting! Door onze tochten over ook wat modderige wegen is de huurauto niet erg schoon meer.



De nikkel fabriek
Heinze brengt hem terug naar de verhuurder. Een Aziatische man, die eerst een enorm bedrag aan schoonmaakkosten claimt. Heinze zegt: “non" en biedt hem een veel lager en in zijn ogen redelijker bedrag aan. Daarmee gaat de verhuurder niet akkoord. Heinze zegt tegen hem dat hij het huurcontract wil zien én de politie wil bellen. Waarop de verhuurder hem sommeert onmiddellijk te vertrekken. Zónder extra betaling. Uitermate komisch, aldus Heinze.

Naar Australie

Na 14 dagen kunnen we dan eindelijk vertrekken. Over onze oceaanreis van Nieuw Caledonië naar Mackay in Australië heb ik een apart blog geschreven, wat gepubliceerd is op de website van dewereldwijven.com. We zullen het hier op ons blog ook nog een keer publiceren.